G.F. PATRICK - ONE TOWN OVER

Debuut van deze uit Philadelphia afkomstige gitarist en songschrijver, die weliswaar in Georgia geboren is, maar voor de opnames van deze CD naar California trok, maar de mastering wel in Nashville liet doen. Daar leid ik uit af, dat G.F. zichzelf tot de country rekent, wat op meer dan één moment ook serieus bevestigd wordt, al hoor je haast even vaak flink rockende gitaren -van Mark Blasquez, die ook de toetsen voor zijn rekening neemt- en al kun je er niet omheen dat de man ook wat heeft met folk. Dat hoor je ondermeer aan de prachtige teksten en je kunt het verder afleiden uit de vaststelling dat hij steevast over het leven van alledag schrijft, zij het in een vaak allesbehalve dagdagelijkse stijl. Hier is een meneer aan het werk, die de gave der observatie heeft en die de kunst verstaat om uit elk al dan niet fictief personage waar hij het over heeft, de dieper liggende laag te accentueren. Dit is iemand die oog heeft voor diegenen die niet in de schijnwerpers staan of zelfs onder de radar zouden kunnen verdwijnen.

Ik zal wellicht niet de enige zijn, die af en toe aan Dylan moet denken bij het beluisteren van deze plaat en dat heeft niks met het stemgeluid te maken, maar wel met de dingen, die bezongen worden en met de manier waarop dat gebeurt. Als je je plaat durft openen met een song, waarin je zegt dat “Going off to work is just a way not to be home”, dat maak je meteen een statement. Dan zeg je meteen dat je ’t hebt over de gewone man in de “not so great U.S. of A.”, waar mensen zich uit de naad moeten werken om (misschien) rond te komen en leg je in één moeite de onderlaag voor songs over drankmisbruik en het eraan verwante huiselijk geweld, zoald Patrick doet in “Blood on the Bottle”.

De Dylanreferentie die ik eerder maakte, wordt het allerduidelijkst in “Anger of Magdalene”, dat de kleinzoon van “Subterranean Homesick Blues” is en verder afsluit met “ain’t no future working nine to five”, een zinsnede die dan weer van Woody Guthrie had kunnen zijn. Die man, of althans zijn erfenis, hoor ik in songs als “James McGovern” en “Refugee’s Plea”: dit zijn songs die bulken van de sociale betrokkenheid en waarin de kant van de kleine man gekozen wordt. U zal het mij niet kwalijk nemen als ik daarvoor bijzonder veel sympathie voel, ook -en vooral- omdat G.F. zijn boodschap weet te verpakken in heel knappe melodieën, die qua vorm soms wat haaks staan op de thema’s die bezongen worden, maar dat verhoogt alleen maar de verteerbaarheid van deze plaat, waarover u mij niet gauw iets negatiefs zal horen zeggen.

Vijftien songs -er is een fijne “hidden track”, “Weep”- die voor net geen uur hele knappe, hedendaagse Americana-met-twang-en-enige-nasale-klanken zorgen…ik ben al voor minder heel enthousiast geworden over een (debuut)plaat. OK, G.F. Patrick mag dan geen novice zijn en de stiel geleerd hebben bij Black Horse Motel, voor de meesten van ons is dit gewoon een kennismaking, die ons nu al doet uitkijken naar de vervolgplaat, die, zo lees ik, “in the making” is…

(Dani Heyvaert)

 


Artiest info
Website  
 

Bandcamp

video